zondag 11 maart 2012

Toch muziek om naar te kijken

Soms komt het zo uit dat concertkaartjes die je op verschillende tijdstippen hebt gekocht, in dezelfde week geconsumeerd moeten worden. Deze week ging ik dan ook naar twee concerten. Ik hoorde niet alleen Lambchop in de Amstelkerk, waar ik vrijdag al over blogde, maar bezocht gisteren ook Blaudzun. Dit keer was het een thuiswedstrijd, bij ons om de hoek in het Patronaat. S en ik hadden ons tijdig op het balkon geïnstalleerd en hadden dit keer prima zicht. Toch was er voor mij een grote overeenkomst met het concert eerder deze week.
Voor diegenen die Blaudzun niet kennen: Het is de artiestennaam van Johannes Sigmond, een wat zonderlinge Nederlandse singer-songwriter. Zijn muziek gaat van breekbare kleine liedjes naar meer up tempo nummers, waarin zijn stem wat naar die van Adam Duritz van Counting Crows neigt (constateerden wij gisteravond). Hoewel zijn albums 'Blaudzun' en 'Seadrift Soundmachine' al voor redelijk wat bekendheid zorgden, kennen veel mensen hem van zijn Tears for Fears cover 'Shout', die hij bij de DWDD recordings ten gehore bracht

Begin dit jaar kwam het uitstekende album 'Heavy Flowers' uit, wat veel positieve recensies oogstte en waardoor Blaudzun snel populair werd. Hoe snel blijkt wel uit het feit dat wij nog geen twee maanden geleden kaartjes kochten voor zijn optreden. Lokatie volgens de tickets was de kleine zaal van het Patronaat. Gisteren vond het optreden plaats-  in een uitverkochte grote zaal.  

Het optreden was verrassend goed en we hebben genoten. Een in totaal zevenkoppige band stond op het podium en bespeelde gezamenlijk zo'n groot aantal instrumenten, dat ik de tel ben kwijtgeraakt. De kleine liedjes waren kwetsbaar en indrukwekkend, de popnummers aanstekelijk en strak gespeeld. Toch bekroop me het gevoel dat de band beter thuis zou zijn in een theater dan in een popzaal. Dat ligt niet zozeer aan de muziek, hoewel het uiteindelijk, op een paar nummers als Elephant na, luisterliedjes zijn. Maar het is geen band die een zaal kan bespelen, sfeer maakt of de gang erin houdt. Ze spelen vol overgave een liedje, stoppen, nemen het applaus in ontvangst, bereiden zich voor op het volgende liedje en beginnen daar vervolgens aan. Er vallen stiltes tussen de liedjes en in een popzaal zakt de sfeer dan nogal snel in. Pas aan het einde van het concert begon het een beetje te sprankelen in de zaal naar mijn gevoel.

Twee concerten van goede bands met mooie liedjes,  allebei georganiseerd door een popzaal (Lambchop was een Paradiso-concert)- en allebei naar mijn gevoel op de verkeerde plek. Zoals na Lambchop de conclusie was dat het Bimhuis een betere plek geweest, zo had ik het gevoel dat Blaudzun in de kleine zaal van de Philharmonie veel beter uit de verf gekomen zou zijn. Ik hoop ook van harte dat ik ze nog een keer in zo'n soort zaal kan bekijken en beluisteren. In de tussentijd draai ik mijn gisteren aangeschafte Heavy Flowers cd op de stereo thuis- ze hebben me overtuigd dat dit album meer verdiend dan mijn Spotify playlist.


Geen opmerkingen: